Een eerste start

Op een oproep voor een levensverhalen vertel gaven zich 12 mensen op. Zij kozen voor de tweede vrijdag van de maand bij elkaar te komen en van start te gaan op 10 december. Helaas stak corona hier met toen nieuwe delta-variant een stokje voor. Er kwam een lockdown en de eerste bijeenkomst stelden we uit tot 14 januari, en vervolgens tot 11 februari of zaterdag 12 februari overdag. Ook op die data konden we nog niet bijeenkomen. Dus besloten we dan maar schriftelijk per mail te beginnen. Dat gebeurde met het volgende mailtje:

“Om toch iets met levensverhalen te doen , stel ik het volgende voor: Ga voor jezelf na wat je vroegste herinneringen in je leven, schrijf daar iets over op, en stuur het ons toe. Ik maak er dan 1 document van dat ik jullie dan weer toestuur. We doen dan nog een volgend rondje op dezelfde manier waarin jullie kunnen reageren. En ook die verzamel ik dan weer en stuur ze jullie toe.
Eerste herinneringen zijn vaak fragmentarisch. Als ik het bij mezelf naga. Tot ik 3½ jaar was woonden we op de bovenste verdieping van een herenhuis. Ik ben in 1954 geboren dus het was rond 1957. Beneden woonde een oudere mevrouw. Ik herinner me niets van haar, alleen haar koekjestrommel. Want ze riep ons wel eens bij zich voor een koekje. Het was een blikken trommel met een reliëf afbeelding.
Een ander fragment dat ik me nog herinner was dat we in de grotten van Valkenburg waren. Ik op de arm van mijn vader en ik had een rood schots geruit jasje aan. Er was een stenen bassin met krokodillen er in. Ik voelde me geborgen en ik was dol op dat jasje. Zelf als volwassenen kon ik verkneukeld wakker worden vol met zin om die dag dat jasje weer eens aan te trekken… Jammer maar helaas. Ik was drie of 4 toen. Wat er ook niet klopt aan die herinnering is dat er geen krokodillen gehouden werden in de grotten van Valkenburg. Herinneringen kloppen niet altijd. Het kunnen samenvoegingen zijn van beelden, en/of gecombineerd met iets dat je later, of als kind verteld hebt gekregen.
Ieder zal zich andere dingen herinneren, herinneringen kunnen elkaar stimuleren. De ene herinnering roept vaak de volgende weer op. Het gaat er om de beelden van die tijd weer terug te roepen, en er iets over op te schrijven. De pruttelkoffiepot van je opa, je lievelingskinderspeelgoed, je step, je kleuterschool juf. Het hoeft echt niet uitgebreid. 1 of 2 markante herinneringen is al genoeg.
Ik zie jullie verhalen de komende week graag tegemoet, en stuur ze jullie, met de verhalen van de anderen, aan het einde van de week weer toe, voor een tweede ronde.”

We hadden elkaar nog nooit in levende lijve ontmoet, wat voor een paar mensen reden was hier af te haken. Een aantal mensen gaf aan dat ze al zoveel thuis per computer werkten, dat ze liever niets schriftelijk wilden doen. Uiteindelijk deden acht mensen mee met herinneringen over het kolenfornuis van Oma, mama die heet water kocht bij de buurtleverancier om de was te doen, de eerste wortel uit het zaadje geplant in de kleuterschooltuin en de enige TV in de buurt waar de kinderen zich voor een stuiver toegang voor verzamelden op woensdagmiddag. Maar ook een wat pijnlijke herinnering aan de naoorlogse aansterkkolonies met een medisch streng regime waar kinderen in de hongerwinter geboren heen gestuurd werden of het nieuwe babyzusje als grote speelpop waar je eens in bijt om te kijken of ze dan reageert.
En zo vond er een tweede ronde van uitwisseling plaats, over het kolenhok en de diverse soorten steenkool (anthraciet, eierkolen, briquetten, etc.), de gasmeters waar geld in moest om gas te hebben, het zinken teiltje in de tuin, hoe je als kleuter een drukke weg over kon steken, de zondagse gezinswandeling in het bos of “over het spoor”, sigaretten voor papa halen in de buitenautomaat bij de bakker die op zondag morgen open was, Tante Hannie en andere herinneringen aan de vroege kindertelevisie uit de jaren vijftig en zestig.